Vertrouwen

Vertrouwen hebben in mensen is nooit mijn sterkste kant geweest en zal ook nooit mijn sterkste kant worden.

Dit om de simpele reden dat mensen niet te vertrouwen zijn daar de mens zich met elk andersoortige wil verbinden. Dus stel gerust vast dat ik als auteur van dit schrijfsel uiterst bevooroordeeld ben ten opzichte van mijn medemens. Persoonlijk vind ik de mens het gemeenste beestje wat er is, mezelf incluis.

Vertrouwen is een nogal complex begrip. Het kan slaan op objecten, mensen, organisaties of systemen. Omdat vertrouwen plaatsvindt in een anticipatie op de toekomst, is er altijd sprake van onzekerheid. Maar helaas, wanneer we alles zouden kunnen weten is vertrouwen niet meer nodig. Onzekerheid is inherent aan ons bestaan en maakt ons daarom nogal kwetsbaar. Uitgaande van deze onzekerheid kunnen we vertrouwen definiëren als: de bereidheid de eigen kwetsbaarheid te accepteren, gebaseerd op de positieve verwachtingen van andermans intenties en gedrag. Vertrouwen heeft in zowel sociale als psychologische zin verschillende connotaties. De meest gangbare vorm van vertrouwen omvat doorgaans het volgende aspect: Vertrouwen is de verwachting dat iemand je niet in de steek laat, ook al is dat mogelijk. Er is sprake van vertrouwen als je afhankelijk van iemand bent voor iets dat belangrijk voor je is dat je niet volledig kan controleren, noch met zekerheid kan voorspellen. Vertrouwen is de bereidheid het risico te lopen dat iemand al dan niet bewust iets verkeerd doet. 

Nochtans hebben we er als mens zijnde alle baat bij het vertrouwen te verdienen binnen een netwerk van gelijkgestemde zielen. Als je een vitale en betrouwbare schakel bent moet je beseffen hoe belangrijk je bent voor de andere partij. Maar vertrouw nooit blind in iemand want dat zal zeker geschonden worden. Het is altijd opletten geblazen wanneer iemand zich ontegensprekelijk dommer voordoet dan hij of zij is. Wanneer zoiets gebeurt moet men zoeken naar een verborgen agenda. 

De keerzijde van vertrouwen is dat het gevoelig is voor verraad. En of mensen te vertrouwen zijn daar verschillen de meningen uiteraard sterk over. Het mensbeeld dat iemand heeft bepaalt hoe tegen vertrouwen wordt aangekeken. Vertrouwen staat of valt met goede intenties over en weer. Als een bewuste inbreuk is gemaakt op deze goede intenties, vervalt de basis voor het vertrouwen en ontstaat wantrouwen. Van te voren moet duidelijk zijn dat vertrouwen niet gratis is en dus niet zonder gevolgen bewust geschonden kan worden. Er kunnen sancties uit voortvloeien die wel effectief afschrikwekkend zijn. Bij sancties kan naast directe sancties gedacht worden aan meer indirecte sancties zoals het opzeggen van de samenwerking, intensiever controleren, laten ontstaan van reputatieschade en meer. Beide partijen moeten wederzijds investeren in vertrouwen en er duidelijk iets voor over hebben om de vertrouwensrelatie te continueren. 

Vertrouwen hoort het cement van de samenleving te zijn. Maar wij mensen zijn vreemd want ons vermogen is zeer beperkt. Ik ben dan ook zeer sceptisch over de verbindende kracht van dat zogenaamde vertrouwen. We geven elkander immers steeds minder vertrouwen in het dagelijkse leven. Tegelijkertijd delen we wel makkelijker persoonlijke informatie via sociale media met compleet vreemden. Vaak zonder dat we stilstaan bij het inzicht dat dit kan leiden tot onvoorziene omstandigheden. Enerzijds kunnen we vertrouwen beschouwen als een mogelijkheid onzekerheid te bedwingen. Als we vertrouwen zo bezien, dan hangt dit sterk samen met het verlangen risico’s te verkleinen. We blijven dan zoveel mogelijk informatie verzamelen om de onzekerheid die overbrugd moet worden zo klein mogelijk te maken.